Of je nu een echte connaisseur bent, een liefhebber, of iemand die gewoon af en toe geniet van een glaasje wijn bij het uit eten gaan, iedereen weet dat verschillende wijnen vaak in verschillende soorten glazen worden geserveerd.
Elke wijnsoort heeft namelijk weer andere dingen nodig, zoals bijvoorbeeld veel of juist geen tot weinig zuurstof. Maar hoe zit het dan precies? En wat is het verschil tussen kristal en normaal glas? Je leest het in deze blog!
Wijnglazen voor Witte Wijn
Bij witte wijn wordt meestal gebruik gemaakt van wijnglazen met een relatief smalle kelk. Niet zo smal als bij mousserende wijnen of champagne, maar vaak wel smaller dan bij rode wijnsoorten.
Er wordt gekozen voor een smalle kelk om zo te voorkomen dat de witte wijn te veel ademt, waardoor een witte wijn zijn aroma’s en smaak beter kan behouden.
Wijnglazen voor Rode Wijn
In tegenstelling tot een witte wijn moet een rode wijn juist ‘ademen’. Daarom wordt een flesje rood liefst voor consumptie geopend, en is daardoor het gebruik van een decanteer karaf ook populair.
Om de wijn ook tijdens de consumptie zo veel mogelijk met zuurstof in aanraking te brengen – waardoor de aroma’s en smaak van rood worden versterkt – wordt een rode wijn geserveerd in wijnglazen met een brede kelk.
Wijnglazen voor Mousserende Wijn en Champagne
Champagne en mousserende wijnen worden geserveerd in hoge glazen met een zeer smalle kelk. Doordat het oppervlakte wat met lucht in aanraking komt zeer klein is, gaan er ook minder bubbels ‘verloren’.
Hierdoor blijven deze dranken langer bubbelend en fris, ook na het uitserveren.
Wijnglazen voor Dessertwijn
Dessertwijnen zijn vaak zoeter en stroperiger dan een gebruikelijk glas wijn. Door de sterke zoete smaak worden deze wijnen ook in kleinere hoeveelheden gedronken.
Daarom worden dessertwijnen vaak in kleinere glazen geserveerd met een relatief smalle kelk. Zo heb je ook met een kleinere hoeveelheid een ‘vol’ glas, en kan je extra goed genieten van de zoete aroma’s en de kleur van de drank.
Kristal vs. Normaal Glas
Wijnglazen van normaal glas lijken op gebruikelijke glazen. Het glas is vrij dik, proosten met deze glazen klinkt een tikkeltje dof, en van een kleine tik gaan ze niet kapot. Ook is deze glassoort vaatwasserbestendig.
Kristalglas is de crème de la crème als het om wijnglazen gaat. Deze glassoort is zeer dun, helder, en puur. Bij het proosten geeft kristal een prachtig, haast zingend, geluid. Het nadeel van kristal is dat deze glassoort, naast prijzig, ook erg fragiel is. Hierdoor kan kristal niet in de vaatwasser, en breekt het relatief makkelijk.
Wijnglazen Keuzegids – Conclusie
Bij elk wijntje past een kelk. Over het algemeen geldt: schenk bubbels in glazen met een zeer smalle kelk, witte wijn in glazen met een normale kelk, en rode wijn in glazen met een brede kelk.
Kies voor normaal glas indien je de wijnglazen graag veel wilt gebruiken en zonder pardon in de vaatwasser wilt doen. Ga je juist voor verfijning? Dan is kristalglas een prachtige – doch fragiele én prijzige – keus.
Proost!
VOLG ONS